TAAL
Algemeen
Door het taalvermogen van een mens krijgt communicatie zin en inhoud. De taalontwikkeling begint al meteen wanneer het kind geboren is en gaat de daarop volgende 5 1/2 jaar door. Daarna breidt de woordenschat zich nog verder uit.
Onder taal verstaan we veel aspecten waaronder de woordenschat, de zinsopbouw, het correct vervoegen van (werk)woorden, het gebruik van de taal in bepaalde situaties, verhaalopbouw. In al deze aspecten kunnen problemen ontstaan, zowel in de actieve als in de passieve taal. Actieve taal is de taal die gebruikt wordt, passieve taal is de taal die wordt begrepen.
De ontwikkeling van taal verloopt altijd in verschillende stappen.
Het taalverwervingsproces verloopt niet bij alle kinderen op dezelfde wijze. Er zijn verschillen in tempo en manier van ontwikkeling.
Hieronder staat een tabel met minimum normen (d.w.z. 90% van de kinderen doet het BETER) die passen bij de ontwikkelingsleeftijd van uw kind:
Spreeknormen (ontwikkeld door Prof.dr. S. Goorhuis-Brouwer)
Leeftijd |
Wat een kind minimaal moet kunnen |
12 - 18 maanden |
- Begrijpt opdrachtjes met twee woorden |
18 - 24 maanden |
- Woordbegrip ontstaat |
2.0 - 2.6 jaar |
- Begrijpt zinnetjes met drie woorden en eenledige opdrachten |
2.6 - 3.0 jaar |
- Driewoorduitingen; de woordopbouw is nog onvolledig |
3.0 - 3.6 jaar |
- Spreken in zinnetjes van drie tot vijf woorden |
3.6 - 4.0 jaar |
- Vertelt spontaan wel eens een verhaaltje |
4.0 - 5.6 jaar |
- Kan een verhaaltje navertellen aan de hand van plaatjes |
5-6 jaar |
- Spreken in redelijk goedgebouwde zinnen, ook samengestelde zinnen |
Als een kind niet voldoet aan deze normen, dan is het belangrijk dat het goed onderzocht wordt. Ook kunt u de SNEL-test taal invullen op www.kindentaal.nl om te kijken of logopedie nodig is. Deze test omvat echter niet alle onderdelen van de taalontwikkeling, dus neemt u voor vragen contact op.